Aurélie-Anne Thos
•
Begin september begon in Frankrijk het zogenaamde ‘Mazan-verkrachtingsproces’. De komende vier maanden zullen 51 mannen worden berecht voor de verkrachting van Gisèle Pelicot, gedrogeerd door haar echtgenoot Dominique Pelicot, die deze mannen ook via internet heeft gerekruteerd. Aurélie-Anne Thos contextualiseert de gebeurtenissen en de protesten die daarop volgden. Dit artikel is uit het Frans vertaald door Clément M. (Inhoudswaarschuwing: seksueel geweld en verkrachting)
Heruitgegeven vanaf de antikapitalistische met dank
Het eerste wat in mij opkomt is de sociologische samenstelling van de verdachte. Hun leeftijden variëren van 26 tot 73 jaar, het zijn brandweerlieden, verplegers, slagers, raadsleden, gepensioneerden… Samen vormen ze een steekproef van ‘allemaal mannen’. Ze zijn niet ‘gestoord’, noch ‘monsters’. Het zijn sociaal geïntegreerde, getrouwde mannen met kinderen. Wat ze gemeen hebben is dat het mannen zijn en in deze streek wonen [Mazan] en ze verkrachtten Gisèle Pelicot. Dit zijn gewone mannen, die allemaal de uitnodiging van Dominique Pelicot hebben aanvaard om een slapende vrouw te misbruiken. Dit weerlegt het reactionaire verhaal dat verkrachters alleen maar geracialiseerde mannen zijn. Ze illustreren wat wij, feministen, al jaren zeggen: niet alle mannen zijn verkrachters, maar alle mannen kunnen verkrachters zijn.
Een emblematische zaak die alle aspecten van verkrachting raakt
Dit proces onthult nog meer over onze samenleving en verkrachtingscultuur, omdat het alle aspecten van verkrachting behandelt. Zo werd ‘chemische onderwerping’ voorheen alleen besproken in verband met verkrachtingen gepleegd met de partydrug GHB, maar dit is nu uitgebreid vanwege deze zaak en de non-profitorganisatie ‘Don’t Put Me to Sleep’ die is opgericht door Caroline Darian, de dochter van Gisèle Pelicot. Deze zaak heeft het gebruik van receptgeneesmiddelen voor het plegen van geweld aan het licht gebracht.
Deze zaak illustreert ook de samenzwering tussen mannen die seksueel geweld plegen, aangezien Dominique Pelicot andere mannen hielp hun partner te drogeren, en in ruil daarvoor profiteerde van de medeplichtige stilte van honderden mannen met wie hij contact had gehad.
Het toont het verband aan tussen seksueel geweld, intrafamiliaal geweld en incest. Dominque had zijn dochter Caroline gedrogeerd en gefotografeerd, en er wordt nog onderzocht of zij ook slachtoffer is geworden van verkrachting.
Bovendien illustreert de zaak het verband tussen seksueel geweld en seksuele uitbuiting van kinderen, aangezien verschillende beschuldigde mannen kinderporno op hun computers bewaarden. Het laat ook zien hoe kwesties van instemming en de lichamelijke autonomie van vrouwen ten grondslag liggen aan seksueel geweld. Veel beschuldigde mannen voerden ter verdediging van hun daden aan dat het geen verkrachting was, aangezien de echtgenoot van Gisèle Pelicot daarmee had ingestemd.
Ten slotte liet het zien hoe deze mannen deze daden straffeloos begingen, en zelfs als ze overweldigend materieel bewijsmateriaal kregen, zoals in dit proces, blijven ze keer op keer de feiten ontkennen.
Het Mazan-proces is een proces tegen verkrachting als sociaal feit
Verkrachting is een ernstig misdrijf dat echter een unieke speciale behandeling geniet: de verantwoordelijkheid wordt altijd eerst bij het slachtoffer gezocht. Vrouwen worden er meedogenloos van verdacht de oorzaak te zijn van de verkrachting die zij hebben ondergaan. Ze worden ervan verdacht gemotiveerd te zijn door geld of wraak, en als de vrouwen geracialiseerd zijn, wordt hun exotisering gebruikt om hen af te schilderen als de oorzaak van hun verkrachting.
Maar het geval van Gisèle Pelicot is in zekere zin ongekend: de feiten zijn zeer goed gedocumenteerd met video’s, foto’s en rapporten van gynaecologen en toxicologen. De hoofdpersoon, Dominique Pelicot, heeft toegegeven haar met zware doses te hebben gedrogeerd en mannen te hebben gerekruteerd om haar te verkrachten. Ten slotte is Gisèle Pelicot een 67-jarige blanke vrouw, met niets dat kan worden gebruikt om te doen alsof ze schuldig is aan deze verkrachtingen.
Omdat het niet mogelijk is om het slachtoffer aan te vallen, deze daden uit te leggen aan de hand van ‘momenten van waanzin’, of deze mannen te omschrijven als ‘monsters’, moet men de echte problemen onder ogen zien: verstoken van al deze rookgordijnen, wat overblijft is eenvoudigweg de verkrachting, de daad zelf, het geweld op zichzelf als instrument voor overheersing. Eén van de advocaten van een verdachte zei: ‘Er is verkrachting en dan is er nog.’ verkrachting‘. Maar deze keer zullen we eindelijk kunnen praten over de bedoelingen van verkrachters en een debat kunnen openen over toestemming, verkrachtingscultuur en mannelijke overheersing op sociaal, politiek en juridisch niveau.
De tijd van woede
Overal hangen duizenden vrouwen aan dit proces, omdat er iets is dat onze geschiedenis resoneert en weerspiegelt. Wij wachten, onderzoeken en monitoren dit proces in plaats van het eenvoudigweg te volgen omdat we de valstrik kunnen ruiken. We weten dat het niet alleen om de 51 mannen gaat die in dit proces worden beschuldigd. Er waren veel meer verkrachters, zeker 83. We weten dat er waarschijnlijk meer seksueel geweld is gepleegd zonder video’s of bewijsmateriaal. Ten slotte weten we dat er nog al het andere is: de andere slachtoffers, het andere geweld, de andere verkrachters, al het andere waar gewoonlijk niet over wordt gesproken.
We voelen diep dat er een historisch moment op het spel staat: Gisèle Pelicot is niet langer een anoniem slachtoffer, en Mazan is geen divers nieuwsitem. We hebben er politiek gewicht in gestoken. Wij zullen niet opgeven.
Op zaterdag 14 september werden uit solidariteit met Gisèle marsen georganiseerd. Ruim 10.000 vrouwen marcheerden. We moeten al onze inspanningen wijden aan het opbouwen van een massale beweging tegen geweld tegen vrouwen.
Bron: revsoc21.uk