Deportaties ‘kunnen een doodvonnis zijn’, zeggen voorstanders, omdat bendegeweld en instabiliteit het Caribische land in hun greep houden.

De Verenigde Staten hebben tientallen Haïtiaanse burgers met een deportatievlucht teruggestuurd naar hun land, ondanks een toename van dodelijk bendegeweld en wijdverbreide instabiliteit in het Caribische land.

Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid (DHS) vertelde donderdag aan Al Jazeera dat een van zijn agentschappen – Immigration and Customs Enforcement (ICE) – “een repatriëringsvlucht van ongeveer 50 Haïtiaanse staatsburgers naar Haïti uitvoerde”.

“Individuen worden alleen verwijderd als blijkt dat ze geen wettelijke basis hebben om in de Verenigde Staten te blijven”, zei de woordvoerder in een e-mail.

In de korte verklaring werd niet vermeld waar in de VS het vliegtuig vertrok, of waar het volgens de planning zou landen in Haïti. Al Jazeera heeft om verdere opheldering gevraagd.

De Miami Herald meldde donderdag voor het eerst dat de Amerikaanse autoriteiten het Haïtiaanse Bureau voor Nationale Migratie hadden geïnformeerd dat 74 Haïtianen aan boord waren van een ICE-vlucht naar Cap-Haïtien in het noorden van Haïti.

Het vliegtuig had de Amerikaanse staat Louisiana verlaten en zou een tussenstop maken in Miami, Florida, voordat het door zou vliegen naar Cap-Haïtien, aldus de Herald. Het is de eerste Amerikaanse deportatievlucht naar Haïti sinds januari.

Het rapport van de Amerikaanse krant werd onmiddellijk veroordeeld, waarbij mensenrechtenactivisten de regering van president Joe Biden ervan beschuldigden Haïtianen in een gevaarlijke en potentieel dodelijke situatie in hun thuisland te hebben gestuurd.

“Het is gewetenloos voor de [Biden] regering om door te gaan met het deporteren van mensen gezien de catastrofale mensenrechten- en humanitaire situatie in Haïti”, schreef Nathalye Cotrino, een onderzoeker bij Human Rights Watch, op sociale media.

Haïti heeft de afgelopen jaren te maken gehad met wijdverbreid bendegeweld, vooral nadat de moord op president Jovenel Moise in juli 2021 een machtsvacuüm creëerde.

Maar de toch al nijpende situatie escaleerde eind februari verder, toen machtige gewapende groepen gevangenissen, politiebureaus en andere staatsinstellingen in de hoofdstad van Haïti, Port-au-Prince, aanvielen.

De onrust dwong de niet-gekozen premier van Haïti, Ariel Henry, plannen aan te kondigen om af te treden en leidde tot een wankele politieke transitie, die zich blijft ontvouwen.

Intussen zijn de aanvallen in Port-au-Prince en andere delen van het land niet afgenomen.

Volgens cijfers van de Verenigde Naties zijn honderdduizenden Haïtianen ontheemd, en mensenrechtenverdedigers hebben gewaarschuwd voor een zich verdiepende humanitaire crisis.

Ondertussen hebben activisten en wetgevers in de VS er bij de regering-Biden op aangedrongen de deportaties naar Haïti tijdens de crisis te stoppen.

“Haïti wordt momenteel geconfronteerd met een van de ergste humanitaire crises ter wereld”, vertelde het Amerikaanse congreslid Cori Bush, lid van de Democratische Partij van Biden, vorige week aan verslaggevers in een persoproep.

“De regering van de Verenigde Staten heeft een morele verantwoordelijkheid om een ​​humane aanpak te hanteren bij het helpen van Haïtiaanse immigranten die deze gruwelijke omstandigheden willen ontvluchten.”

Bush drong er bij Washington op aan om onder meer de deportaties voor onbepaalde tijd op te schorten.

Ongeveer 13.000 migranten werden in maart vanuit de buurlanden teruggestuurd naar Haïti, zei de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) onlangs.

De Amerikaanse kustwacht stuurde op 12 maart ook 65 Haïtiaanse migranten terug naar Haïti nadat hun schip was onderschept nabij de Bahama’s.

Naast het tegenhouden van dergelijke terugkeer hebben rechtenactivisten en maatschappelijke groeperingen de Amerikaanse regering opgeroepen om een ​​programma genaamd Temporary Protected Status (TPS) voor Haïti uit te breiden en opnieuw in te richten.

De Amerikaanse regering kent TPS toe aan onderdanen van landen waar de tijdelijke omstandigheden het te gevaarlijk maken om terug te keren, inclusief gevallen van gewapende conflicten of milieurampen zoals aardbevingen en orkanen.

Ontvangers kunnen in de VS blijven zonder angst voor deportatie en in het land gaan werken. De TPS-status van Haïti loopt begin augustus af.

“Een toename van het toch al extreme geweld in Haïti heeft de burgers aan het wankelen gebracht”, schreef de in de VS gevestigde migrantenrechtengroep Al Otro Lado donderdag op X nadat het nieuws over de deportatievlucht voor het eerst naar buiten kwam.

“Bendes controleren belangrijke havens, de grootste luchthaven en een groot deel van de hoofdstad Port-au-Prince. Mensen staan ​​op de rand van hongersnood. Bezig met verzenden [people] rug [to Haiti] kan een doodvonnis zijn.”





Bron: www.aljazeera.com



Laat een antwoord achter